Op zeilschepen moet regelmatig onderhoud gepleegd worden aan het staand en lopend want. Hierbij moet vaak op hoogte gewerkt worden, denk hierbij aan het vervangen van blokken en vallen in de mast. Op dwarsgetuigde schepen moet bovendien de mast in worden gegaan om de zeilen vast te binden op de ra’s.
Windscheuren in rondhouten ontstaan door krimp. Als hout na het kappen van de boom droogt, dan krimpt het en ontstaan er windscheuren. Het zijn scheuren in de langsrichting. Aan de sterkte hoeft het geen afbreuk te doen, tenminste, als het er niet te veel worden, als ze niet te diep worden of te breed. Maar wat is te veel, te diep, te lang? Piet Blauw, mastenmaker uit Stavoren laat er zijn licht op schijnen.
In de Branchenorm Rondhouten staat dat het beslag er ten minste eens in de vijf jaar af moet. Het voorbeeld van de Nieuwe Maen (zie de video) lijkt duidelijk te maken waarom dat belangrijk is (en opweegt tegen het bezwaar dat het verwijderen van beslag tot beschadigingen kan leiden).
“Elk schip heeft een anker, maar nu bijna elk zeilschip is uitgerust met een motor, wordt daar bij het manoeuvreren steeds minder gebruik van gemaakt.
Toch kan het anker goede diensten bewijzen in moeilijke situaties, bijvoorbeeld bij veel wind of weinig ruimte. Bovendien maakt het ons minder afhankelijk van de capaciteiten van de
motor en van de schroefwerking.”
Elk onderdeel van het staand want heeft een belangrijke functie in het geheel ter ondersteuning van de mast en voor juiste zeilvoering en trim. Let speciaal op:
-Water- & boegstagen : Al dan niet lopend uitgevoerd, altijd kwetsbare plek
-Voorstagen : Onderhevig aan meer slijtage i.v.m. zeilvoering
-Bakstagen : Slijtage door lopend gebruik